Een hond als huisdier, veel mensen dromen ervan. Maar hoewel zo’n puppy op dit moment onweerstaanbaar kan lijken, kan een foute beslissing uitmonden in een ramp. Kleine hondjes worden immers groot. Voordat je ervoor kiest een hond te nemen, kan je dus best eens volgende overwegingen maken:
Een verantwoordelijke hondeneigenaar zijn betekent meer dan je hond aanbidden. Je hond moet zijn hele leven voldoende tijd en aandacht krijgen.
De uitgaven voor je hond kunnen variëren tussen 300 euro en meer dan 2000 euro per jaar. Reken daarbij ook nog de extraatjes waarmee je je hond kan verwennen. Daarbij komen nog de eventuele medische kosten. Als je hond een medische aandoening heeft, kan je veel betalen.
Honden hebben ruimte nodig. Sommige honden hebben de neiging zich uit te leven op je meubels. Een pup is in het begin trouwens nog niet zindelijk. Huur je je huis of is het volledig van jou? Anders zal je misschien iets moeten regelen met de huiseigenaar. Hoe groot is je huis? Een grote hond is bijvoorbeeld uitgesloten als je op een appartement woont. Heb je kinderen of andere honden waar je rekening mee moet houden?
Als je lange uren klopt of veel moet reizen, is je levensstijl waarschijnlijk niet geschikt voor een hond. Heb je veel hobby’s en een enorm druk sociaal leven? Vraag je dan eens af of je een hond nog wel erbij kan nemen. Een hond moet je immers trainen, je moet ermee gaan wandelen, naar de dierenarts, enz. Houd daar rekening mee.
Een chronische gezondheidsaandoening of een blessure kan het moeilijk maken voor een hond te zorgen. Ben je zeker dat je geen allergie hebt voor honden?
baasje, honden, puppys, pupsVerhuizen levert mensen dikwijls veel stress op, maar voor hond en kat is het de aanpassing aan een nieuwe omgeving nog veel moeilijker. Hier vind je een paar tips om hem door de overgang heen te helpen.
Laat je kat geleidelijk aan wennen aan zijn nieuwe thuis. Beperk de ruimte eerst tot een of twee kamers. Plaats er de kattenbak, de krabpaal, zijn mandje, een bakje water en wat voedsel. Dit geeft de kat de mogelijkheid rustig te wennen aan de geluiden en de geuren in zijn nieuwe huis. Op deze manier leert hij ook meteen wat zijn ‘eigen plaatsje’ is in het huis.
Plaats hun favoriete mandje, deken, speelgoedjes of andere spulletjes die ze goed kennen ook in de kamer. De geuren van ‘thuis’ zullen hem laten wennen aan de nieuwe omgeving.
Houd de deuren en ramen gesloten en verzeker je ervan dat er geen gaten zijn waarin de kat kan ontsnappen zonder dat jij er bereik toe hebt.
Laat de kat zelf op onderzoek uitgaan. Als de kat zich onder het bed of de zetel wilt verstoppen, laat dat dan toe. Wanneer hij zich veilig voelt, zal hij er wel onderuit komen.
Als je je kat buiten wilt laten, maar hem dan minstens twee weken binnen wennen, zodat hij vertrouwd raakt met het huis. Neem hem na twee weken mee naar buiten en laat hem de omgeving een beetje verkennen, samen met jou. Neem de kat na een minuut of tien terug binnen. Laat die tijd iedere dag iets langer duren totdat de kat zich veilig voelt en de buurt kent. Geef hem een bandje met zijn adres en telefoonnummer erop.
Terwijl het lijkt alsof honden zich makkelijker kunnen aanpassen dan katten, hebben ze toch ook een speciale zorg en behandeling nodig. Dit is vooral het geval als je verhuist van een huis naar een appartement of van een groot huis naar een kleiner huis.
Als je je hond voor de eerste keer mee naar buiten neemt, doe hem dan een leiband aan. Je hond moet rustig de buurt kunnen verkennen. Best kan je iedere dag een andere richting uitlopen. Zo kan je zien wie er in de buurt woont. Een vreemde hond kan namelijk een bedreiging vormen voor je hond.
Als het mogelijk is, neem dan een paar dagen vrijaf. Op die manier kan je je hond helpen wennen aan de nieuwe omgeving. Voordat je een hele dag van huis bent, zou je hond eraan gewend moeten zijn en een hele dag alleen moeten kunnen doorbrengen.
Als je toch meteen moet gaan werken, kan je misschien toch aan iemand vragen of hij op je hond kan passen.
honden, huisdieren, katten, verhuizenKunnen honden ook een verkoudheid krijgen? Als je sommige honden geluid hoort maken, zou je zeggen van wel. Maar eigenlijk zijn dit ademhalingsproblemen die overeenkomsten vertonen met een verkoudheid bij de mens.
De oorzaak van verkoudheden bij de mens, het rhinovirus, vormt voor honden geen risico. Zij kunnen er niet mee besmet geraken. Dieren kunnen wel een ander virus uit de groep van de picornavirussen oplopen. Tot die groep behoort ook het rhinovirus. Zo zijn er onder meer de calicivirussen die katten kunnen besmetten en het mond- en klauwzeervirus dat evenhoevigen als rundvee, varkens, schapen, herten en geiten kan treffen.
Besmettingen, allergieën en andere aandoeningen kunnen stuk voor stuk leiden tot ziekte van de neus, het slokdarmhoofd, het strottenhoofd, de luchtpijp of de longen van honden. Rinitis (neus), sinusitis (verstopping van de sinussen), bronchitis (luchtwegen), laryngitis (strottenhoofd) en tonsillitits (keelamandelen).
Rhinosinusitis is de naam die we het geven als de aandoening zich vooral in de bovenste luchtwegen, de sinus- en neusholtes bevindt. Kennelhoest is de term die we gebruiken wanneer de infecties zich in de onderste luchtwegen bevindt, met name in de luchtpijpen en longen.
Besmettingen kunnen veroorzaakt worden door virussen als het adenovirus, het parainfluenza, het reovirus en het canine herpesvirus en door bacteriën als Bordetella, stafylokokken, streptokokken en E. Coli. Schimmels en parasieten kunnen ook een infectie veroorzaken. Voor sommige virussen en bacteriën is er een preventief vaccin beschikbaar.
Ademhalingsproblemen kunnen chronisch of acuut zijn. Soms kunnen verschillende uitlokkende factoren deze symptomen veroorzaken. Honden met een allergie zijn bijvoorbeeld vatbaarder voor infecties. Vaak zijn de problemen een combinatie van verschillende factoren. Gewoonlijk ligt een virus aan de basis van een ziekte. Eens het immuunsysteem beschadigd is, kan de bacterie het koloniseren, wat kan leiden tot complicaties. Sommige complicaties kunnen ernstig en progressief zijn, zeker als er niet wordt ingegrepen. Als je hond ademhalingsproblemen vertoont, breng dan een bezoek aan de dierenarts. Hij kan je de juiste medicijnen aanraden.
ademhaling, ademhalingsproblemen, honden, verkouden, verkoudheid, ziekEen hypoallergene hond kan een geweldige oplossing zijn voor hondenliefhebbers met een allergie. Bepaalde hondenrassen veroorzaken minder snel een allergie dan andere. Ze verliezen weinig tot geen haar in vergelijking met andere honden. Maar een klein aantal van de allergische mensen zijn allergisch voor hondenspeeksel. Helaas zijn er nog geen rassen met hypoallergeen speeksel.
Mensen met een zware allergie kunnen vaak zelfs geen hypoallergene hond verdragen. Als je allergisch bent maar van honden houdt, probeer dan eens wat tijd door te brengen met een hypoallergene hond. Zo weet je op voorhand zeker dat je geen allergische reactie zult krijgen.
De volgende hondenrassen wekken vaak geen allergieën op:
– Basenji
– Bedlingtonterriër
– Bichon frisé
– Chinese gekuifde naakthond
– Coton de Tuléar
– Havanezer
– Ierse waterspaniël
– Kerry Blue-terriër
– Maltezer
– Poedel
– Portugese waterhond
– Puli
– Schnauzer
– Shih Tzu
– Ierse softcoated wheaten terriër
– Mexicaanse naakthond
– Yorkshireterriër
Hybride honden zijn het resultaat van gecontroleerde kweek. Rassen als labradoodles en goldendoodles zijn bijvoorbeeld kruisingen met poedels. Honden die gemengd werden met bekende hypoallergene rassen veroorzaken vaak minder allergieën, maar het nadeel is dat je dit niet zeker kunt weten. Ook hier geldt dat je best wat tijd doorbrengt met zo’n hond vooraleer er zelf een aan te schaffen.
Afhankelijk van hoe zwaar je allergie is, kan je nog altijd goed samenleven met een hond. De sleutel tot succes is de hoeveelheid haren in je huis proberen te beperken. Stofzuig je tapijt regelmatig en was je gordijnen vaak. Gebruik een luchtzuiveraar. Praat eens met een arts over immunotherapie.
allergie, honden, hondenallergie, hypoallergeen, hypoallergene hondenStel, je vindt je hond bewusteloos op de vloer van de woonkamer. Geen scenario waar je lang bij wilt stilstaan, maar misschien zou je dat beter wel doen. Als je weet wat je moet doen als je hond niet meer ademt of geen hartslag meer heeft, is de kans des te groter dat hij het toch overleeft…
Een eerste belangrijke stap is rustig blijven. Als er iemand bij je is, laat die persoon dan naar de dierenarts bellen, zodat jij de reanimatie kan uitvoeren.
Voordat je begint met reanimeren, controleer je best even of je hond echt niet meer reageert.
– Check de ademhaling van de hond door je hand voor zijn neus en bek te houden. Maar zorg er wel voor dat je zijn luchttoevoer niet bedekt!
– Controleer of hij nog een hartslag heeft door je oor tegen het deel waar zijn linkerelleboog tegen zijn borst komt te plaatsen.
Als je merkt dat je hond niet meer ademt, maak dan meteen zijn luchtwegen vrij.
– Trek voorzichtig de tong van de hond verder uit de bek.
– Kijk in de keel of je een voorwerp aantreft dat er niet thuis hoort. Als je er een vindt, verwijder het dan voorzichtig.
– Beweeg met het hoofd totdat de nek recht is.
– Sluit je honds bek en adem rechtstreeks in zijn neus totdat zijn borst uitzet.
– Als de borst niet uitzet, controleer dan nog eens of er niets is blijven steken in de luchtpijp.
– Als de borst eenmaal uitzet, ga dan door met de mond-op-mondbeademing, aan een tempo van 12 tot 15 keer per minuut.
Begin niet op de borst te drukken tot je de luchtweg hebt vrijgemaakt en begonnen bent met de beademing.
– Leg je huisdier zachtjes op zijn zij.
– Het hart bevindt zich aan de onderste helft van de borstkas, aan de linkerkant, achter de elleboog van de voorste linkerpoot. Plaats een hand onder het hart om de borst te ondersteunen en het andere hand over het hart.
– Druk zachtjes op het hart van de hond. Druk de kas 2,5 centimeter in bij honden van middelmatige grootte, druk harder bij grote honden en zachter bij kleine.
– Probeer 80 tot 120 keer per minuut te drukken voor grote dieren en 100 tot 150 voor kleinere.
Ga verder met de reanimatie tot je een hartslag en regelmatige ademhaling voelt. Bel dan meteen je dierenarts. Reanimatie bij honden zal in veel gevallen ook niet lukken, zelfs als een professioneel het doet. Maar ook als het niet lukt, heb je tenminste je best gedaan!
honden, reanimatie, reanimerenDoor de betere medische verzorging en het betere hondenvoer, leven honden tegenwoordig langer dan ooit. Hoe oud je hond precies wordt, is afhankelijk van het ras. Hoe groter het ras, hoe minder lang de hond zal leven. Grote rassen als de Duitse Dog en de Newfoundlander zullen niet langer dan 10 jaar leven, terwijl poedels en Yorkshireterriërs met gemak 16 jaar oud kunnen worden. Maar hoe zorg je er nu voor dat je oude viervoeter lang blijft leven?
Zorg ervoor dat je hond ieder jaar opnieuw gevaccineerd wordt. Laat de dierenarts ook altijd zijn gezondheid checken, zodat eventuele problemen snel opgemerkt worden. Weeg je hond ook minstens om de zes maanden, om zo te voorkomen dat hij te dik wordt.
Laat je hond om de drie maanden ontwormen om hem zo te beschermen tegen rond- en lintwormen. Lintwormen kunnen overgebracht worden via vlooien. Controleer je huisdier dus ook regelmatig op vlooien.
Kies een methode om vlooien onder controle te houden die veilig en efficiënt is voor je oudere huisdier.
Als je huisdier ouder wordt, wordt zijn huid minder elastisch en heeft het de neiging roos te vormen. Je hond is minder lenig zijn en kanzichzelf minder goed kunnen wassen. Verzorg je hond iedere dag met een zachte borstel. Onverzadigde vetzuren als visolie kunnen helpen om de vacht minder droog te maken.
– Check elke week de melkklieren voor gezwellen.- Als de hond niet gesteriliseerd is, dan kunnen vermoeidheid, veel dorst en afscheiding uit de vulva wijzen op pyometra (baarmoederontsteking).- Als je hond onophoudelijk eet, gewicht verliest en veel dorst heeft, laat haar dan een controleren op diabetes. Dat komt twee keer zoveel voor bij vrouwelijke niet-gesteriliseerde honden.- Controleer de hond op ‘steenpuisten’ rond de anus. Dit zijn goedaardige tumoren die gemakkelijk chirurgisch verwijderd kunnen worden.
– Als je hond moeite heeft met zijn stoelgang, laat de dierenarts dan zeker eens een kijkje nemen naar de prostaatklier.- Controleer de testikels van je hond op abnormale knobbeltjes. Deze zouden kunnen wijzen op tumors.- Controleer de hond op ‘steenpuisten’ rond de anus. Dit zijn goedaardige tumoren die gemakkelijk chirurgisch verwijderd kunnen worden.
honden, hondenverzorging, ouderdomDat is een vraag die moeilijk te beantwoorden is. Alleen je dierenarts zal weten waarom er bloed zit in de uitwerpselen van je kat. Maar over het algemeen kunnen er verschillende oorzaken aan de basis van dit probleem liggen. Je dierenarts zal je eerst vragen naar de details.
Zit er bloed in alle uitwerpselen? Hoe lang zit er al bloed in de stoelgang? Is het vers bloed? Zijn het donkere klonters? Is er sprake van diarree of constipatie? Volgt de kat momenteel een ontwormingsschema? Gaat hij naar buiten? Jaagt hij? Heeft hij beenderen gegeten? Jouw antwoorden zulllen de diagnose heel wat gemakkelijker maken.
Hierna zal de dierenarts je meedelen welke testen noodzakelijk zijn.
Dieren kunnen poliepen of goedaardige tumors krijgen op de darmen. Aambeien tref je zelden aan bij huisdieren.
– Allergie
– Infectie
– Trauma
– Ontsteking
– Parasieten
– Darm- of endeldarmkanker
– Vreemde stoffen in de dikke darm of endeldarm (stukjes been)
– Ziekte van de anaalzakken (infectie, absces, sacculitis)
– Constipatie, megacolon (opgehoopte feces leidt tot uitrekking van de dikke darm)
– Pseudocoprostatis (stoelgang en verwarde haren blokkeren de uitgang van de darmen en de anus, waardoor de weefsels kunnen bloeden.)
– Bloeden van de urinewegen kan soms verward worden met het bloeden van de dikke darm, zeker als alles in de kattenbak belandt.
Bloed in de stoelgang is niet normaal, en als het zo doorgaat, is er zeker een evaluatie door een professioneel nodig.
bloed, felicaliën, katten, stoelgangWitte stip of Ichthyophthirius multifiliis is een besmettelijke ziekte die veel voorkomt bij vissen. De ziekte kan met gemak een heel aquarium vissen besmetten.
Op het vel, de vinnen en de kieuwen van de besmette vis zitten witte stippen of cysten. Deze cysten kunnen 1 mm groot worden. Bij een zware teistering, zien de vissen eruit alsof ze besprenkeld zijn met zout of suiker.
Andere symptomen zijn versnelde kieuwbewegingen en secundaire bacteriële infecties. Vaak schuren de vissen tegen de bodem of tegen stenen.
De ziekte kan veroorzaakt worden door twee protozoa. Bij zoetwatervissen is dat Ichthyophthirius multifiliis, bij zeevissen Cryptocaryon irritans.
Deze parasieten komen het aquarium binnen door planten en levend voedsel. Sommige vissen dragen de ziekte al wanneer ze gekocht worden en besmetten alle andere vissen wanneer ze in het aquarium geplaatst worden.
Om een goed beeld te krijgen van hoe je de ziekte kunt voorkomen en hoe je de besmette vissen moet behandelen, is het belangrijk dat je de cyclus van de ziekte helemaal begrijpt.
De witte stippen op de huid, kieuwen en vinnen zijn rijp als ze 1 mm groot zijn. Wanneer ze rijp zijn, breken ze door de huid van de vis en vallen ze eraf. Binnen een paar uur kunnen ze zich al in het water nestelen en een kiemcel vormen. In dit stadium noemen we het organisme tomont.
Na de vermenigvuldiging van de tomont ontstaan er duizenden infectiehaarden. Na de deling daarvan ontstaan er honderden theronts, die voorzien zijn van trilharen. De theronts zwemmen rond tot ze een gastheer vinden. Ze boren zich vervolgens vast in de huid van die gastheer en groeien uit tot de bekende witte stip.
Bij zoetwatervissen (Ichthyophthirius multifiliis):
Plaats alle vissen ten eerste voor zeven dagen in een ander aquarium. Het aquarium dat normaal gebruikt wordt, wordt gedurende deze periode met rust gelaten. Als de organismen geen gastheer kunnen vinden, zullen ze sterven.
Ververs 80% van het water in het aquarium tweemaal per dag, en dit zeven dagen lang. Daardoor zullen de parasieten na verloop van tijd vanzelf verdwijnen. Voordat je de vissen terug in hun gewone aquarium overzet, moet je nogmaals 80% van het water verversen.
Bij zeevissen (Cryptocaryon irritans):
Om Cryptocaryon te bestrijden wordt een behandeling op basis van koper gebruikt. Vraag hierover meer raad aan een dierenarts.
Maar best van al kun je de ziekte proberen te voorkomen. Houd alle nieuwe planten en vissen dertig dagen lang in quarantaine voor je ze in je aquarium plaatst.
Honden graven graag kuilen. Meestal is dit geen probleem, maar sommige honden graven zoveel én op de verkeerde plaatsen, dat hun baasjes zich er dood aan ergeren. Maar waarom graaft je hond eigenlijk zoveel?
Voor honden is het heel natuurlijk om te graven. Sommige rassen zijn er zelfs beter in dan andere. Zo bijvoorbeeld de meeste terriërs. Het woord terriër is trouwens afkomstig van het Franse ‘terre’, wat grond of aarde betekent.
Honden die graven, doen dat meestal omdat ze zich vervelen of omdat ze zich ‘gevangen’ voelen in hun huis. Honden die veel tijd buiten doorbrengen of voor een lange periode zonder toezicht in een tuin zitten, zullen graven om de verveling te verdrijven. Vaak maken de baasjes niet genoeg tijd vrij voor hun honden en moeten de honden zichzelf weten te amuseren.
Voor het graafprobleem zijn er verschillende oplossingen. Maar breng eerst eens een bezoekje aan je dierenarts. Die kan je meer informatie geven en oplossingen aanreiken.
Als het gedrag van je hond te wijten is aan verveling, kan je in de eerste plaats eraan werken dat je hond zich niet meer zoveel gaat vervelen. Breng veel tijd door met je hond en probeer hem moe te maken. Speel met hem, laat hem rennen en apporteren.
Maar je moet natuurlijk niet alleen spelen met je hond, maar hem ook aanleren je te gehoorzamen. De hond moet kunnen reageren als je ‘nee’ zegt terwijl hij aan het graven is. Het zal moeilijk zijn je hond het graven af te leren als hij niet enkele basiscommando’s kent.
Als het gedrag voortkomt uit een gevoel van gevangenschap, kan het helpen hem voldoende te laten bewegen en wandelen. Maar op de momenten dat je geen oogje in het zeil kunt houden, plaats je je hond best in een kooi of een ren met een betonnen vloer. Als hij voldoende getraind is om te stoppen met graven, kan je hem weer laten rondlopen.
Als niets helpt, kan het nodig zijn je hond zijn eigen graafplekje te geven. Daar mag hij dan naar hartenlust graven zonder schrik te hebben voor straffen. Maar ook dan moet je je hond trainen om gebruik te maken van deze plek. Beloon hem wanneer hij op de juiste plek graaft. Je kunt het graven ook aanmoedigen door zijn favoriete speeltjes onder de grond te verstoppen.
graven, honden, hondengedrag, hondenpsychologie, kuilenVeel baasjes geven hun trouwe viervoeters graag veel te eten, omdat ze denken dat dat goed is voor het dier. Maar kan je trouwe viervoeter dat extra eten wel verdragen?
Kijk uit met rauw vlees, want dat kan parasieten en bacteriën bevatten als E.coli en Salmonella. Als je je hond veel vleessupplementen geeft, kan dat leiden tot een storing in het calcium- en fosforevenwicht en ervoor zorgen dat je hond veel te veel proteïnen binnenkrijgt, wat schadelijk kan zijn voor dieren met nierstoornissen.
Het kan geen kwaad je hond melk te geven, maar het is niet noodzakelijk. Bij sommige dieren met lactose-intolerantie kan het diarree veroorzaken. Sommige honden zijn allergisch aan melk.
Als je je hond eieren geeft, moeten ze eerst gekookt worden. In rauwe eieren zit avidine, dat de vitamine biotine vernietigt.
Verwijder de graten van de vis eerst, zodat je hond er niet in kan stikken. Kook de vis om zo parasieten te verwijderen en thiaminase, een eiwit dat in sommige vissen (karper, spieringen, katvis en haring) zit, te vernietigen.
Lever is het rijkst aan voedingsstoffen als het rauw gegeten wordt, zeker aan zieke of verzwakte honden. Maar een teveel aan lever kan leiden tot calciummetabolisme, een teveel aan vitamine A en diarree.
Geef je hond geen botten. Kleine botjes kunnen splinteren en vast te zitten komen in de mond, keel en de slokdarm. Botten veroorzaken diarree, constipatie, braken en obstructies van het maag-darmstelsel.
Tafelrestjes bevatten vaak veel vet en koolhydraten en weinig calcium en proteïne. Als je hond heel veel tafelrestjes krijgt, kan dat leiden tot een onevenwichtig dieet. Tafelrestjes kunnen leiden tot braken, zwaarlijvigheid, pancreatitis (ontsteking van de alvleesklier) en niet te vergeten, dat eindeloze gebedel aan de tafel.
Uien en look hebben geen effect op wormen of vlooien. Een teveel aan uien kan hemolytische anemie, een ernstige vorm van bloedarmoede, veroorzaken, met als symptomen koorts, donkere urine en zelfs de dood.
Chocolade bevat theobromine, een stof die huisdieren niet goed verdragen. Een portie van 670 gram melkchocolade kan bij een hond van 10 kilogram dodelijk zijn.
Doordat snoepjes veel calorieën bevatten zullen huisdieren minder goed eten. Snoep kan ook leiden tot obesitas en gaatjes.
eten, honden, voedsel