Een van de populairste aquariumvissen is zonder enige twijfel de goudvis. Maar vaak worden de vissen niet op de goede manier verzorgd, en gaan ze een stille dood tegemoet.
De goudvis was een van de eerste siervissen. Hij komt oorspronkelijk uit China, Vietnam en Japan. Daar werden ze 4000 jaar geleden al als siervissen gehouden.
Goudvissen kunnen in principe wel 25 jaar oud worden. Maar in gevangenschap leven ze meestal veel korter. Goudvissen bestaan in allerlei vormen en kleuren, maar de gewone goudvis is het sterkste.
Een goudvis kan tal van kleuren en vormen hebben. Varianten op de goudvis zijn onder meer shubunkins, sluierstaarten en komeetstaarten. De gewone goudvis, die het meest voorkomt, is te herkennen aan zijn oranje (soms ook zwart-oranje) kleur. In een aquarium kan hij tot 18 centimeter groot worden, in een vijver zelfs tussen 30 en 40 centimeter.
Het verschil tussen mannetjes en vrouwtjes is niet gemakkelijk te onderscheiden. In het voorjaar kun je de vrouwtjes wel herkennen aan hun iets dikkere buik. Het is dan paaitijd, wat betekent dat de vrouwtjes eitjes aanmaken.
Kies als huisvesting voor je goudvis niet voor een glazen kom. Een kom is voor vissen niet geschikt. Goudvissen hebben meer ruimte nodig, zodat ze kunnen rondzwemmen. Goudvissen zijn koudwatervissen. Dat betekent dat je dus geen verwarming nodig hebt, zoals bij tropische vissen.
Laat de vis net na de aankoop een halfuur in het plastieken zakje van de winkel in het aquariumwater ronddrijven. Zo went hij langzaam aan de temperatuur. Zet het aquarium niet in volle zon, want het zonlicht is te fel voor de vissenogen. Zonlicht leidt er ook toe dat de algen sneller gaan groeien. Op de vensterbank wisselt de temperatuur dan weer te veel.
De goudvis is een sociale vis die nood heeft aan wat gezelschap. Als je meerdere vissen houdt, zorg er dan wel voor dat je aquarium groot genoeg is.
De voeding bestaat meestal uit droogvoer. Let op dat je je vissen niet te veel eten geeft, geef ze liever enkele keren per dag kleine hoeveelheden. Probeer ze ongeveer een keer per week levend voedsel te geven als watervlooien of koudwatergarnalen. De vissen moeten het voedsel in ongeveer 10 minuten kunnen opeten.
Dit bericht is gepost op 19 February 2008 om 11:59 uur en is geplaatst in Vissen.